“Wees eens wat assertiever!”. “Je bent niet assertief genoeg!” … Misschien hoor je dit vaak in je omgeving en daar sta je dan. Want wat is assertief? En hoe kun je assertiever worden?
Assertiviteit betekent dat je kunt denken én handelen met respect voor jezelf én voor je omgeving. Door assertief te handelen heb je de situatie in de hand en kan je zelfs relaties beter maken.
Assertiviteit gaat (soms) gepaard met moeilijke situaties. Stel: iemand behandelt jou slecht, geeft je het gevoel dat je niets voorstelt. Je kan hierover klagen en zeuren in je omgeving maar verandert dat iets? Neen! Als iemand mij zegt dat hij/zij “zo en zo” wordt behandeld, vraag ik die persoon steevast: “Heb je dat al eens gezegd tegen die persoon? Heb je hem/haar gezegd dat hij/zij jou dit gevoel geeft?”. Je kan waarschijnlijk al raden wat het antwoord is: “Neen”.
Vaak omdat we niet durven, omdat we schrik hebben hoe de andere zal reageren. Op die manier laten we over ons heen lopen. We hebben veel liever zelf een slecht gevoel.
Het hoeft niet te betekenen dat je die andere persoon een slecht gevoel geeft door te zeggen hoe jij je voelt. Dit kan je immers op een liefdevolle manier communiceren. Wij zijn niet verantwoordelijk voor de reactie van een andere persoon, wij zijn wel verantwoordelijk voor de manier waarop we reageren. Doe je dit op een liefde- en respectvolle manier dan behandel je de mensen zoals jij wil dat ze jou behandelen.
Hier zijn alvast enkele tips om assertiever te worden:
1. Begin ermee!
Je vindt het nu waarschijnlijk heel moeilijk om je assertiever te gedragen ten opzichte van je omgeving, maar alle begin is moeilijk. Begin er dus vandaag mee en oefen. Toen je leerde fietsen, liep dat ook niet onmiddellijk “op wieltjes” (of juist wel ;-)) maar door te oefenen is het wel vlotter gegaan.
2. Start klein.
Zoals in punt 1 gezegd, is het begin het moeilijkste dus begin nu niet ineens super assertief te doen: dit ben jij niet gewoon en anderen zijn dat ook niet gewoon van jou. Start met iets kleins: een “neen” zeggen op iets dat je “moet doen”, je grenzen bepalen enz. Zo kan je oefenen én beter worden.
3. Neen is ook een antwoord.
In dit artikel heb ik al geschreven hoe je “neen” kan leren zeggen. Want “neen” zeggen is voor vele mensen moeilijk. We hebben dan meteen schrik dat anderen ons dan niet graag meer zullen hebben. Weet dat je “nee” zegt tegen een actie, niet tegen de persoon.
Want door ja te zeggen, plaatsen we ons vaak zelf in een moeilijke situatie en dat willen we toch niet meer? Dus als jou iets niet past of je hebt geen zin om ergens heen te gaan: zeg gewoon “nee”. Niet meer, niet minder. Je hoeft je immers niet te verantwoorden. Als jij iets niet wil, dan hoef je het niet te doen.
4. Spreek vanuit de “ik”-persoon.
Als er iets gebeurt en het zint je niet, spreek dan vanuit jezelf. Val de andere niet aan. Een voorbeeld: “Ik vind het niet leuk dat je nu te laat bent gekomen” ipv “jij bent altijd te laat!!!!”. Het eerste is minder aanvallend dan het tweede, niet?
5. Reageer onmiddellijk (én met liefde!)
Vaak schuiven we onze reactie op de lange baan: “Ik zal het later wel eens zeggen”. Weet dat een snelle reactie veel efficiënter en duidelijker is. Efficiënter omdat we zo geen dagen/weken/maanden energie verspillen aan het voorval want vaak suddert het nog allemaal na en maken we ons boos/verdrietig om wat er gebeurd is.
Zeg het daarom onmiddellijk op een liefdevolle manier: zo laat je zien dat je respect hebt voor jezelf en dat je niet over jou heen laat lopen. .
6. Wat houdt je tegen?
Velen onder ons reageren niet omdat we bang zijn voor de gevolgen. “Wat als …?”, “Wat moeten ze wel niet denken?” … Zinnen die dan in ons opkomen en waar we veel drama kunnen uithalen maar waar we niet ver mee komen. Want vaak gebeuren die gevolgen niet eens en hebben we voor niets gepiekerd en “ge-wat-als-t”.
Wij kunnen niet bepalen hoe de andere zal reageren, wel hoe wij de boodschap overbrengen. Dat doen we vanaf nu op een liefdevolle manier.
7. Wat heb jij nodig?
Wat wil jij? Wat voel jij? Wat heb jij nodig? Spreek dus vanuit de “ik”- persoon om het minder aanvallend te maken.
Gevoelens zijn niet betwisten: een ander kan niet voelen wat jij voelt. Zelfs al heeft dit persoon hetzelfde meegemaakt. Jouw gevoelens horen bij jou en daar is niets tegenin te brengen.
Geef dus aan als je je verdrietig voelt omdat die persoon dit of dat heeft gezegd. Of dat je boos bent omdat hij of zij iets beloofd heeft en het toch niet heeft gedaan.
8. Laat schuldgevoelens los.
Assertief zijn kan hard zijn. Velen verwachten immers van jou dat je steeds voor hen in de bres springt en dat je steeds “ja” zegt. Als je dan plots assertiever wordt en je zegt eens “neen”, kan je horen: “Amaai, jij bent nogal veranderd!”.
Nog een voorbeeld: je vriendin vroeg je om geld te lenen en je zei daarop “neen” omdat je het op dat moment zelf nodig had. Meteen stak je schuldgevoel de kop op want nu heeft je vriendin het moeilijk. We zouden onszelf in een lastig parket brengen om een ander iets te gunnen. We voelen ons dus schuldig als we dat niet doen.
Jij moet op de eerste plaats komen: wat je niet hebt, kan je niet geven. Je hoeft jezelf financieel niet moeilijk zetten om een ander financieel te helpen. Of als je zelf geen tijd hebt, moet je je weinige vrije tijd niet opofferen om bij een ander te gaan klussen / babysitten.
Wij zijn zelf verantwoordelijk voor ons eigen leven. Kom daarom op voor jezelf en geef je grenzen aan: “tot hier en niet verder”. Jij mag iets niet willen, jij mag “neen” zeggen, jij mag tijd maken voor jezelf. Wanneer je dan uiteindelijk eens “ja” zegt, is die “ja” voor de andere veel meer waard dan al die andere “ja’s” voordien toen je geen “neen” kon zeggen. (Nog duidelijk?).
Pas deze tips toe en je leven zal nog beter worden.
Welke tip ga jij onmiddellijk toepassen om assertieve te worden? Noteer het hieronder in de “comments” en wees zo een inspiratie voor anderen.